Wonen in Huis Van Gijn
In 2013 vond een bijzonder project plaats. Er werd 24 uur lang gewoond en gewerkt in Huis Van Gijn alsof het eind negentiende eeuw was.
Dit alles in het kader van een onderzoek naar wonen en werken in een huis op stand. Museummedewerkers namen vrijwillig een dag en een nacht het leven van Simon en Cornelia én hun personeel over. Van het ontbijt in de ochtend, een grote tuinpartij in de middag tot een chic diner in de avond, en alles wat daarvoor moest gebeuren.
Historische bronnen
Alles werd tot in de puntjes voorbereid; kleding, tafelschikking, etiquette, hoeveelheid gangen en drankjes tot de was- en scheerbeurt van Simon van Gijn en de schoonmaak door het personeel. Voor alles waren historische bronnen geraadpleegd; kook-, huishoud-, en etiquetteboeken, reisverslagen, dagboeken en egodocumenten uit de negentiende eeuw.
Terug naar de negentiende eeuw
Op die manier kon waarheidsgetrouw worden gegeten volgens de etiquette en tafelschikking van die tijd, worden gekookt met negentiende-eeuwse recepten en ingrediënten – veel room en boter – en gedroegen het personeel en de gasten zich zoals het hoorde. Ook de hulpmiddelen waren negentiende-eeuws. Het fornuis werd flink opgestookt, de snijbonenmachine draaide overuren, de ijsmachine en historische ijsvormen werden gebruikt, het historische bestek en de glazen werden gepoetst en de ramen gewassen met een oude waterspuit. En het diner? Dat bestond uit een veelheid aan gangen, zoals gebruikelijk bij de elite, met een enorme voorbereidingstijd van het personeel.
Upstairs versus downstairs
Een ding was zeker na 24 uur wonen en werken: het leven van een welgesteld negentiende-eeuws echtpaar kon luxe en copieus zijn, maar achter de schermen was het voor het personeel vooral hard, héél hard werken, van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat. Boodschappen doen, koken, opdienen, afruimen, vegen, schoonmaken, poetsen en naar bed lang nadat Simon en Cornelia hun hoofden te ruste hadden gelegd. En de volgende ochtend weer vroeg op….