Deze website maakt gebruik van cookies en daarmee vergelijkbare technieken om een optimale gebruikerservaring te bieden. Je kunt je voorkeuren aanpassen of meer informatie bekijken.

Deze cookies zorgen ervoor dat de website naar behoren werkt. Deze cookies kunnen niet uitgezet worden.
Deze cookies zorgen ervoor dat we het gebruik van de website kunnen meten en verbeteringen door kunnen voeren.
Deze cookies kunnen geplaatst worden door derde partijen, zoals YouTube of Vimeo.
Deze cookie stellen onze advertentiepartners in staat om doelgerichter informatie te kunnen aanbieden.

Door categorieën uit te zetten, kan het voorkomen dat gerelateerde functionaliteiten binnen de website niet langer correct werken. Het is altijd mogelijk om op een later moment de voorkeuren aan te passen. Bekijk meer informatie.

Sinds 2001 heeft Huis Van Gijn een unieke goudleerkamer. Het goudleer, de schouw, het haardvloertje, de betimmering in classicistische stijl, de alkoof en het plafond met schilderingen van Augustinus Terwesten (1649-1711) zijn allen origineel. De kamer komt uit het Dordtse pand De Rozijnkorf en is de enige goudleerkamer uit een zeventiende-eeuws burgerhuis die, behalve de raamwand, bewaard is gebleven.

Geschiedenis van goudleerkamers

In de 17de eeuw besteden welvarende burgers veel geld aan het verfraaien van hun interieurs. Naast wandtapijten wordt goudleer populair als ‘behang’. Goudleer is gemaakt van vellen aan elkaar genaaid kalfsleer met een zilverlaag. De vellen worden met gele vernis en bonte verfkleuren afgewerkt. De vernis maakt dat de het zilver goudkleurig wordt, vandaar de naam goudleer.


Koloniale rijkdom

Kruidenier Pieter Adriaansz. van der Werff en zijn zoon Pieter handelen vanuit hun woon/winkelpand aan de Wijnstraat in koloniale waren. Daarnaast is de vader 'suikerbakker', die ruwe suiker verwerkt tot producten voor de verkoop. In 1686 geven ze opdracht om de rijkversierde goudleerkamer in te bouwen in De Rozijnkorf. Veertien jaar later vertrekt zoon Pieter naar Suriname en koopt daar twee suikerplantages. Later komt er nog een derde plantage bij. Drie generaties lang is de familie plantagehouder, waar ook veel tot slaaf gemaakte mensen werkten. De rijkdom van de familie komt voort uit de handel in koloniale waren en de suikerplantages.

Verloren en gevonden

In 1890 wordt de goudleerkamer uitgebroken uit De Rozijnkorf en verkocht aan een handelaar. Simon van Gijn vindt het kennelijk een interessant interieur, want hij schrijft erover in zijn notitieboekje. Het is de Dordtse verzamelaar Hidde Nijland die de kamer koopt en in laat bouwen in zijn huis aan de Prinsenstraat 36. In 1921 wordt de kamer opnieuw geveild. Koper is de Rotterdamse reder Van Ommeren die de kamer laat inbouwen in zijn nieuwe Wassenaarse villa op landgoed Rust & Vreugd (1923). In 1989 wordt de inmiddels verloren gewaande goudleerkamer herontdekt. Ruim tien jaar later krijgt deze een plek in Huis Van Gijn en wordt zo toegankelijk voor het publiek.


Restauratie en verhuizing

Voorjaar 2024 is het interieur van de kamer uitgebouwd uit het museumhuis, om te worden gerestaureerd. De kamer is immers van oorsprong geen onderdeel van het huis van Simon van Gijn, maar historisch gezien wél van groot belang om getoond te worden. Sinds medio 2025 is de goudleerkamer weer in het museum te bewonderen. Deze bevindt zich nu op de eerste etage van het entreepand, naast het museumhuis. In de nieuwe ruimte komt het interieur beter tot zijn recht en stap je als bezoeker écht het verleden - de 17de-eeuwse pronkkamer- in.

Tomas Mutsaers - Goudleerkamer - 2025

Tomas Mutsaers

Goudleerkamer

2025