Simon van Gijn

Simon van Gijn werd in 1836 geboren in Vlaardingen als zoon van Cornelia Johanna Hooghwinkel en Dirk de Kater van Gijn. In 1842 verhuisde het gezin naar Dordrecht, waar Simons vader ging werken in de bankiersfirma van zijn schoonvader. Simon was al jong geïnteresseerd in geschiedenis en aangemoedigd door zijn moeder begon hij historieprenten te verzamelen. Ook kunst en kunstnijverheid hadden zijn belangstelling.

Rechten

In 1856 gaat Simon rechten studeren in Leiden. Hij wordt lid van het Leidse Studenten Corps en gaat bij het dispuut 'Dordracum', bestaande uit studenten uit Dordrecht. Gestudeerd wordt er ook nog, want in 1862 promoveert Simon van Gijn tot doctor in het ‘Romeinsch en Hedendaagsch recht’.

In 1863 wordt hij beëdigd als advocaat bij de Dordtse Rechtbank. Al vrij snel wordt hij opgenomen in het familiebedrijf, de bank Hooghwinkel & Co waar ook zijn vader werkt. Hij wordt er kassier en commissionair in effecten.

Huwelijk

Op 14 april 1864 trouwt Simon van Gijn met Cornelia Agatha Vriesendorp (1840-1889). Zij komt uit een welgestelde Dordtse familie. Ze gaan wonen aan Nieuwe Haven 29. Acht jaar later wordt hun zoontje dood geboren, er volgen geen andere kinderen. Als Cornelia en Simon 20 jaar in het huis wonen, laten ze het grondig verbouwen. Er lang samen van genieten is er niet bij, vlak voor hun 25-jarige huwelijk overlijdt Cornelia, op 48-jarige leeftijd.

Verzamelen

Het geld dat Simon van Gijn verdient, steekt hij in zijn ‘tweede grote liefde’, het verzamelen van historieprenten, wapens, scheepsmodellen, munten, zilver en keramiek. Zijn belangrijkste verzameling is zijn prentencollectie, de Atlas Van Gijn. Meer dan 30.000 prenten brengt hij bij elkaar. Hij bestudeert ze, maakt ze schoon en bergt ze veilig op in zijn prentenkasten. Later in zijn leven legt hij zich toe op inventariseren en beschrijven ervan. Lees meer over de Atlas van Gijn.

Reizen en cultuur

Van Gijn maakt tientallen reizen; bijna elk jaar een lange zomervakantie en in het najaar een reisje naar Parijs. Eerst gaat hij samen met Cornelia, na haar overlijden met vrienden. Zijn reisverslagen geven daarvan een boeiend beeld. Hij noteert de bestemmingen, de kosten, wat hij ziet en doet en wat de reis kost. Van Gijn is geen avonturier, want hij houdt zich keurig aan de adviezen van Baedeker. Lees hier meer verhalen.

Simon van Gijn zet zich met hart en ziel in voor het culturele leven in Dordrecht en daarbuiten. Hij organiseert tentoonstellingen, onder meer met prenten en voorwerpen uit eigen bezit. Hij is een van de oprichters van de Vereeniging Oud-Dordrecht (1892) en is nauw betrokken bij Museum van Oud-Dordrecht (1894). Ook is hij jarenlang voorzitter van de Vereeniging Dordrechts Museum. In 1900 wordt hij benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau vanwege zijn inzet voor de grote tentoonstelling ‘De Geschiedenis van het Nederlandsche Zeewezen’.